Schotland is te verdelen in twee helften: de ‘Lowlands’ en de ‘Highlands’. Met dat laatste gebied wordt het noorden van Schotland bedoeld: een ruig gebied vol bergen en dalen (en nog diepere meren) dat moeilijk begaanbaar is. De aanleg van spoorlijnen door de Hooglanden was dan ook geen sinecure, maar het resultaat mag er zijn: ook nu nog reis je over trajecten door prachtige landschappen die onbereikbaar zouden zijn zonder de trein.
Wat is er te doen?
Het hele traject van de West Highland Line wordt bereden door Scotrail. Scotrailtreinen vertrekken een paar keer per dag vanuit station Glasgow Queen Street. Bij het verlaten van de stad volgt de spoorlijn de oever van de Clyde. Als de lijn landinwaarts verder gaat, komt het water van Loch Lomond snel in beeld: de lijn volgt de noordelijke uitloper van dit immense meer.
Bij Crianlarich is de aftakking naar Oban, een havenstad aan de westkust. Maar wij raden je aan om door te reizen tot aan Mallaig. Na een bochtige klim door spectaculaire landschappen, regelmatig wildernis zonder menselijke sporen, bereikt de trein Corrour, het hoogstgelegen station van het hele Verenigd Koninkrijk. Daarna gaat de lijn om Ben Nevis heen, voordat hij aankomt in het kopstation van Fort William. Tot hier wordt het traject ook bereden door de Caledonian Sleeper.
In Fort William keert de trein voordat hij aan zijn laatste etappe naar Mallaig begint. Hoogtepunt van dit traject is het iconische viaduct bij Glenfinnan. Tussen Fort William en Mallaig kun je ook reizen met stoomtrein The Jacobite.
